Ambitie helpt!

Schoolmaatjes ONS (Ouders-Nieuwkomers-School) zijn vrijwilligers die wekelijks bij nieuwkomers (asielzoekers, vluchtelingen, statushouders) thuiskomen en met hen meegaan naar de gesprekken op school. De schoolmaatjes komen geen cursus geven en stellen zich niet op ‘boven’ de ouders, maar trekken gelijkwaardig met hen op. Meer als vriend(in) dan als degene die ze iets zou moeten leren. Met de naam ‘ONS’ wordt daarom ook gedoeld op de kracht van het samen optrekken en op de warme onderlinge betrokkenheid.
In een serie blogs deelt Harriet Marseille van Ouderbetrokkenheid-PLUS ervaringen vanuit het schoolmaatjesproject ONS. Dit eerste blogje gaat in op de rol van een schoolmaatje.

Haar rol als schoolmaatje was in het begin niet zo duidelijk voor de nieuwkomers-ouders. Ze hadden wel een brief in de eigen taal gekregen over wat het schoolmaatje voor hun gezin zou kunnen betekenen. Het ging om het verbeteren van de communicatie en samenwerking met school. Ze hadden ingestemd, omdat ze dachten dat het geen kwaad kon als hun kinderen een beetje extra steun zouden krijgen met hun schoolwerk. Maar wat die samenwerking met school inhield, daar konden ze zich niet zoveel bij voorstellen.

Er waren nog geen gesprekken op school geweest, en de eerste weken had het schoolmaatje ook nog geen toegang tot de informatie die de school naar de ouders stuurde. Daar was schriftelijke toestemming van het gezin voor nodig geweest. Ze had dan ook namens de ouders een verzoek aan de school geschreven om haar voortaan alle e-mails aan de ouders per cc te laten meelezen. De ouders leken te begrijpen waar het om ging, en hadden het verzoek ondertekend.

In die eerste weken had het schoolmaatje kennisgemaakt met het gezin. De communicatie met de ouders verliep met handen en voeten, want veel Nederlands spraken ze nog niet. Wel was direct duidelijk hoe lief deze mensen waren. Ze hadden vanaf de eerste dag haar hart gestolen. De oudste dochter hielp graag met vertalen, en als zij er niet was, spraken de harten met elkaar.

Het schoolmaatje hielp de vier kinderen in het gezin waar nodig met huiswerk. Vader was vaak niet thuis als ze bij het gezin kwam. Terwijl het schoolmaatje met de kinderen bezig was, maakte moeder soms van de gelegenheid gebruik om in de keuken aan de gang te gaan. Liever had het schoolmaatje een van de ouders erbij gehad, omdat haar rol juist was om de ouders te leren hoe ze hun kinderen konden ondersteunen. Maar dat was in het begin niet goed over te brengen.

Dat veranderde na de eerste gesprekken tussen de leerkrachten en de ouders. Het schoolmaatje zat ook bij die gesprekken, en verder was er nog een tolk bij. De oudste zoon zat al in groep 8 en zou binnenkort zijn schooladvies krijgen. De leerkracht vertelde dat de jongen leergierig was en erg goed presteerde met rekenen. Dit vervulde de ouders met trots. Het was een knappe prestatie, zeker omdat ook taalbegrip nodig is om rekenopdrachten te kunnen maken. Maar verder liep hij nog behoorlijk achter bij zijn klasgenoten, wat heel begrijpelijk is als je nog maar twee jaar in Nederland woont. De leerkracht verwachtte een VMBO-kader advies.

Het schoolmaatje zag dat de jongen veel meer in zijn mars had. Zou hij nu alleen door zijn taalachterstand op een veel te laag schoolniveau terecht komen? Ze sprak haar zorg hierover uit naar de leerkracht en naar de ouders. Vooruitlopend op het schooladvies, begon ze informatie te verwerven over middelbare scholen. Ze ontdekte dat er een middelbare school was waar extra taalhulp-lessen waren na schooltijd, voor kinderen die Nederlands als tweede taal hadden. Ze liet het aan de ouders zien en vroeg ze om de datum van de open dag vrij te houden. Misschien konden ze er met elkaar naartoe gaan.

De dochter die graag tolkte voor haar ouders, was ook ambitieus. Ze wilde rechter worden, vertelde ze vaak. In het gesprek met haar leerkracht bleek echter dat haar inzet niet toereikend was om haar ambitie waar te maken. Ze was gauw afgeleid en vergat ook vaak huiswerk te maken. Het schoolmaatje besprak het achteraf nog eens met de ouders en de dochter. Zouden de ouders hun dochter kunnen helpen? Duidelijk werd dat het niet ging om hulp bij de inhoud van haar huiswerk, maar om het meisje te helpen een betere leerhouding aan te nemen. Het schoolmaatje stelde het meisje in het bijzijn van de ouders regelmatig vragen over school. Het bleek haar te stimuleren. Dit was net het duwtje in de rug wat zij nodig had om door te zetten. En vragen stellen aan hun dochter, dat konden de ouders ook. Daar hadden ze geen Nederlands bij nodig!

Ook interesse in een schoolmaatjesproject ONS! voor de nieuwkomers-ouders op school?
Laat het weten d.m.v. een email aan harriet@ouderbetrokkenheidplus.nl, dan zullen we de mogelijkheden daartoe verkennen.